Bizar voorstel Vlaamse overheid om mensen meer plantaardig te laten eten: ´Maar je mag het niet zeggen´

De Vlaamse overheid heeft onlangs een opvallend advies gepresenteerd in een nieuwe brochure voor horecazaken. De brochure bevat tien tips die restaurants zouden moeten helpen om meer plantaardige maaltijden te verkopen. Wat vooral opvalt, is dat de overheid niet alleen de nadruk legt op het aanbieden van vegetarische en veganistische gerechten, maar ook expliciet adviseert om deze termen te vermijden. Het doel is om een breder publiek aan te spreken en mensen meer te betrekken bij plantaardig eten.

Plantaardig klinkt positiever dan vegetarisch of vegan

Volgens het kabinet van minister Jo Brouns (CD&V) is deze keuze strategisch. Wetenschappelijk onderzoek heeft aangetoond dat het woord ‘plantaardig’ veel positievere connotaties oproept dan termen zoals ‘vegetarisch’ of ‘vegan’. “Vegetarisch wordt vaak geassocieerd met saai en niet lekker, terwijl vegan nog te vaak het label ‘hippie’ of ‘zwak’ krijgt,” legt het kabinet uit. Door de term ‘plantaardig’ te gebruiken, hoopt men dat mensen zich niet direct afkeren van bepaalde gerechten en ze sneller geneigd zijn om ze te proberen.

Groter publiek aanspreken

Met deze nieuwe strategie wil de Vlaamse overheid niet alleen de traditionele vegetarische en veganistische eters aanspreken, maar een veel breder publiek bereiken. Het idee is dat door plantaardige gerechten niet apart op de menukaart te plaatsen, maar ze gewoon als smakelijke alternatieven aan te bieden, mensen eerder geneigd zullen zijn om ze te kiezen. De overheid legt ook de nadruk op de rol van taal en prijszetting. Door de gerechten aantrekkelijker te presenteren en mogelijk goedkoper te maken, kunnen meer mensen overtuigd worden om de plantaardige optie te kiezen.

De tien tips van de Vlaamse overheid

In de brochure staan tien concrete tips voor horecazaken om plantaardige gerechten aantrekkelijker te maken voor hun klanten. Enkele van de belangrijkste tips zijn:

1. Ga voor half-half – Bied gerechten aan die zowel vlees als plantaardige ingrediënten bevatten.

2. Vermijd de woorden vegetarisch, veganistisch of vegan – Gebruik in plaats daarvan het woord ‘plantaardig’.

3. Zet plantaardige gerechten nooit in een aparte categorie – Integreer ze gewoon in het reguliere menu.

4. Zet plantaardige suggesties extra in de kijker – Maak ze visueel aantrekkelijker op de menukaart.

5. Vervang populaire vleesgerechten door een plantaardige variant – Zorg ervoor dat de plantaardige variant dezelfde naam krijgt als het vleesgerecht.

6. Durf plantaardige comfortfood op de kaart te zetten – Denk aan plantaardige burgers, pizza’s of pasta’s.

7. Bied plantaardige gerechten aan als standaardoptie – Maak ze automatisch onderdeel van het menu.

8. Gebruik smakelijke taal – Beschrijf de gerechten op een manier die de eetlust opwekt.

9. Maak plantaardige gerechten goedkoper dan vlees- of visgerechten – Hierdoor worden ze toegankelijker voor een breder publiek.

10. Breng het halfhalfverhaal tot leven met je team – Betrek het personeel bij de boodschap om klanten te overtuigen van de voordelen van plantaardig eten.

Kritiek en verwachtingen

Hoewel de overheid hoopt dat deze tips het eetgedrag van de Vlamingen zullen veranderen, kan het plan ook voor kritiek zorgen. Sommige mensen zullen misschien vinden dat het te ver gaat om het woord ‘vegetarisch’ of ‘vegan’ te vermijden, omdat deze termen een duidelijke en herkenbare betekenis hebben. De uitdaging voor horecaondernemers zal zijn om de juiste balans te vinden tussen het aanbieden van gezonde, plantaardige gerechten en het behouden van een divers en aantrekkelijk menu voor hun klanten.

Verandering in eetgewoonten

De vraag blijft in hoeverre deze marketingstrategie daadwerkelijk het eetgedrag van een breder publiek zal veranderen. Plantaardig eten wint wereldwijd aan populariteit, maar het zal een langere tijd duren voordat het volledig ingeburgerd is in de gemiddelde Vlaamse eetgewoonte. Toch is dit voorstel een belangrijke stap in de richting van meer duurzaamheid in de voedselindustrie, en het kan andere regio’s inspireren om soortgelijke initiatieven te nemen.

Met deze campagne hoopt de Vlaamse overheid niet alleen de gezondheid van de bevolking te verbeteren, maar ook de ecologische voetafdruk van de voedselindustrie te verkleinen. Het succes zal afhangen van de bereidheid van zowel restaurants als consumenten om hun gewoonten te veranderen.