
Nog meer slecht nieuws voor Lesley-Ann Poppe: ´OM wil strengere straf´
Lesley-Ann Poppe en haar man Kevin Lebreton moesten zich maandag verantwoorden voor misleidende reclame rondom hun inmiddels failliete Beauty Academy. De zaak draait om de vraag of de opleidingen die de Beauty Academy aanbood voor esthetische ingrepen wel binnen de wet vallen. Het parket stelt dat deze handelingen wettelijk voorbehouden zijn aan (tand)artsen, maar de verdediging betoogt dat Poppe wordt aangeklaagd vanwege haar bekendheid.

Misleidende reclame en wettelijke overtredingen
Volgens het parket bood de Beauty Academy cursussen aan waarmee deelnemers handelingen leerden die in de praktijk wettelijk niet uitgevoerd mogen worden, tenzij door een arts of tandarts. De aanklager eiste een effectieve geldboete van 16.000 euro en de verbeurdverklaring van 29.300 euro. Dit bedrag correspondeert met de opbrengst van het starterspakket dat door 293 cursisten werd aangeschaft, wat hen toegang gaf tot de opleidingen.

Het Openbaar Ministerie benadrukt dat de reclame misleidend was, omdat het de indruk wekte dat de cursisten bevoegd zouden worden om medische handelingen uit te voeren die enkel door een arts mogen worden verricht.

Verweer: “Bekende persoon wordt slachtoffer”
De advocaat van Poppe en Lebreton, Kris Luyckx, verdedigde het paar krachtig. Volgens hem zou het geen toeval zijn dat net Poppe en haar man nu voor de rechtbank staan. “Als het Openbaar Ministerie een signaal naar de sector van de schoonheidsspecialisten wil afgeven, kiest het ervoor om een bekend persoon te slachtofferen,” zei Luyckx.

Hij betoogde bovendien dat de regels waarop Beauty Academy wordt aangeklaagd, specifiek gelden voor medische beroepen zoals plastisch chirurgen en niet voor schoonheidsinstituten. Dit zou volgens Luyckx de basis vormen voor de vrijspraak van zijn cliënten.

Publieke discussie over de zaak
De zaak heeft inmiddels een storm van publieke reacties opgeroepen. Veel mensen vragen zich af of Lesley-Ann Poppe daadwerkelijk het slachtoffer is van haar bekendheid, en of het Openbaar Ministerie in dit geval terecht handelt om de schoonheidssector te beschermen tegen misleidende praktijken.

De zaak heeft de bredere discussie over wie wel en niet bevoegd is om esthetische ingrepen uit te voeren, aangewakkerd. Ook de vraag of schoonheidsspecialisten voldoende gereguleerd worden, komt hierbij naar voren.

Uitspraak op 1 december
De rechter zal zijn uitspraak doen op 1 december. Tot die tijd blijft de zaak een veelbesproken onderwerp, zowel in de media als onder het publiek. Het is nog afwachten welke richting de rechter kiest in dit complexe geval, waarin de wetgeving over esthetische behandelingen en de populariteit van de betrokkenen een cruciale rol spelen.



