algemeen
Nieuwe ontdekking verandert ons beeld volledig

Onderzoek UZ Gent: neus speelt sleutelrol bij bescherming – verschillen tussen vaccins zichtbaar
Een nieuw onderzoek van het Universitair Z!ekenhuis Gent (UZ Gent) werpt licht op hoe vaccins het afweersysteem versterken. Daarbij valt vooral de rol van de neus op: de plek waar het virus het lichaam als eerste probeert binnen te dringen.
De studie toont dat niet elk vaccin die lokale verdediging even krachtig stimuleert. Pfizer blijkt in de neus vaker antistoffen op te wekken dan AstraZeneca. Het inzicht is belangrijk voor het ontwikkelen van nog effectievere vaccins.
Waarom de neus zo belangrijk is
Het coronavirus en veel andere luchtwegvirussen bereiken ons via de bovenste luchtwegen. Daar bevinden zich cellen die als eerste in contact komen met het virus. Als de neus voldoende neutraliserende antistoffen heeft, wordt de binding met die cellen geblokkeerd en krijgt het virus nauwelijks kans zich te verspreiden.
Tot nu toe richtten veel onderzoeken zich vooral op antistoffen in het bl0ed. Die zijn belangrijk, maar treden pas later in actie. De Gentse onderzoekers benadrukken dat een sterke lokale afweer in de neus vaak wordt onderschat, terwijl juist die vroege barrière kan bepalen hoe groot de kans op besmetting is.
Verklaring van professor Philippe Gevaert
Volgens prof. dr. Philippe Gevaert, KNO-arts aan het UZ Gent, functioneert de neus als een poortwachter:
“Neutraliserende antistoffen werken als een slot dat voorkomt dat het virus zich kan hechten. Hoe beter die sloten, hoe kleiner de kans dat het virus het lichaam binnendringt.”
Gevaert benadrukt dat het immuunsysteem uit meerdere lagen bestaat:
-
Antistoffen in het bl0ed bestrijden het virus zodra het dieper het lichaam in komt.
-
Antistoffen in de neus vormen de eerste verdedigingslinie.
Hij roept wetenschappers op om naast de klassieke bl0edmetingen ook de lokale afweer te bestuderen. Dat levert volgens hem een vollediger beeld van bescherming op en kan de basis vormen voor nieuwe vaccintechnieken.
Grote verschillen tussen Pfizer en AstraZeneca
De studie vergeleek deelnemers die met Pfizer of met AstraZeneca waren gevaccineerd. Het verschil was opvallend:
-
Bij 96 % van de Pfizer-groep werden antistoffen in de neus gevonden.
-
Bij AstraZeneca lag dat percentage op 59 %.
Niet alleen het aantal antistoffen bleek anders: de antistoffen na Pfizer waren sneller en krachtiger in het neutraliseren van het virus. Dit onderstreept dat niet alleen de kwantiteit maar ook de kwaliteit van antistoffen bepalend is voor bescherming.
Betekenis van de resultaten
De onderzoekers benadrukken dat beide vaccins nuttig blijven voor de algemene bescherming tegen z!ekte. Het verschil laat vooral zien waar nog verbetering mogelijk is.
De studie toont ook dat een eerdere besmetting met het virus geen merkbare extra bescherming in de neus opleverde. De keuze van het vaccin bleek belangrijker dan natuurlijke blootstelling.
Lokale bescherming centraal
De bevindingen openen de deur naar nieuwe vormen van vaccins, zoals neussprays die de afweer direct op de plaats van binnenkomst versterken. Zo’n plaatselijke aanpak kan een belangrijke aanvulling zijn op bestaande vaccins en helpt mogelijk om verspreiding verder terug te dringen.
Innovaties als deze zouden de bescherming praktischer en veelzijdiger maken, zeker bij virussen die zich via de lucht verspreiden.
Oproep tot verder onderzoek
Omdat virussen zich blijven aanpassen, pleit het onderzoeksteam voor internationale samenwerking om de rol van lokale immuniteit beter te begrijpen.
Het combineren van gegevens over antistoffen in bl0ed én neus kan beleidsmakers en artsen helpen om vaccins gerichter in te zetten en nieuwe strategieën te ontwikkelen.
Toekomst van vaccinontwikkeling
Volgens de onderzoekers ligt de toekomst in vaccins die meerdere verdedigingslinies combineren: zowel systemische bescherming via het bl0ed als lokale bescherming in de neus.
Nieuwe technologieën, zoals aangepaste mRNA-vaccins en intranasale sprays, worden al ontwikkeld en laten veelbelovende eerste resultaten zien.
Belangrijkste inzichten in het kort
-
Het UZ Gent toonde aan dat de neus een cruciale barrière vormt tegen virusinfecties.
-
Pfizer wekt vaker en krachtiger antistoffen in de neus op dan AstraZeneca.
-
Eerdere besmetting gaf geen extra lokale bescherming.
-
Lokale immuniteit verdient meer aandacht bij vaccinonderzoek.
-
Innovaties zoals neussprays kunnen bescherming versterken.
-
Beide vaccins dragen bij aan de algemene afweer, maar verschillen in effectiviteit op lokaal niveau.
