Ruben Van Gucht verrast met
nieuwe stap: van sportjournalist naar fictieschrijver
Wie de naam Ruben Van Gucht hoort, denkt
onvermijdelijk aan koers, voetbal en scherpe vragen langs de
zijlijn. Met zijn heldere stemgeluid, scherpe analyses en stevige
interviews groeide hij uit tot een vertrouwd gezicht binnen de
sportjournalistiek in Vlaanderen. Maar achter die sportieve façade
schuilt een andere kant van Ruben – een kant die hij de afgelopen
maanden steeds meer de ruimte heeft gegeven.
In de podcast Geldtaboe deed Van Gucht onlangs een
opvallende onthulling: hij werkt aan een gloednieuw project, ver
weg van sportvelden, camera’s en rechtstreekse analyses. Voor het
eerst stort hij zich op iets wat hem al langer intrigeert:
fictie. Geen
sportbiografie of reportage dit keer, maar een volledig verzonnen
verhaal dat zijn weg moet vinden in boekvorm én – hopelijk – op
televisie.
Van microfoon naar
manuscript
“Het begon als een idee voor
een boek,” vertelt Van Gucht in de podcast. “Maar al snel merkte ik
dat ik aan het schrijven was met televisie in mijn achterhoofd.” De
overgang van het ene medium naar het andere is voor hem niet
ongebruikelijk. Van Gucht beweegt zich al jaren moeiteloos tussen
radio, tv en literatuur. Toch voelt dit nieuwe traject anders.
Intenser. Vrijer.
Want waar hij in zijn
sportverslaggeving gebonden is aan feiten, kaders en tijdsdruk,
laat fictie hem iets anders toe: verbeelding, gelaagdheid en emotionele
diepgang. Hij noemt het zelf “een experiment”, maar het is
duidelijk dat het hem niet loslaat. “Het verhaal is er, de
personages ook. Nu is het kwestie van blijven graven, bijschaven en
verfijnen.”
Televisie als einddoel?
Toch blijft hij realistisch
over de uitkomst. “Ik weet niet of het ooit op tv zal komen,” zegt
hij eerlijk. “Er is op dit moment geen zender aan verbonden. Ik kan
alleen maar proberen het zo goed mogelijk te schrijven.” Die open
houding is typerend voor Van Gucht, die eerder al aangaf dat hij
liever werkt vanuit passie dan vanuit garanties.
Zijn nuchtere toon verraadt
echter niet hoe veelomvattend dit nieuwe pad voor hem is. Fictie
schrijven vraagt een andere vorm van concentratie dan
journalistiek. Het is een traag, eenzaam proces – en ook dat weet
hij uit ervaring.
Schrijven is hard werken
Van Gucht is namelijk geen
onbekende in de boekenwereld. Hij publiceerde al
zes boeken,
waaronder persoonlijke portretten van sporters, beschouwende
teksten over prestatie en psychologie, en eigenzinnige verhalen uit
de coulissen van de topsport. Elk boek was een intensief proces.
“Er kruipt enorm veel tijd in,” geeft hij toe. “Na mijn laatste
boek had ik eigenlijk even genoeg van schrijven.”
Maar het bloed kruipt waar
het niet gaan kan. En dit keer kwam het idee vanzelf. Zonder
deadline, zonder contract, zonder publieke druk. Het groeide
organisch, van een vage ingeving tot een uitgewerkt concept. En dat
maakt het voor hem anders. “Ik wil mezelf nu meer ruimte gunnen om
te experimenteren,” zegt hij. “Zonder dat het meteen iets moet
worden.”
Een andere Ruben?
Voor wie Ruben Van Gucht
vooral kent als sportcommentator, lijkt deze wending misschien
verrassend. Maar voor wie beter kijkt, zat deze drang tot verhalen
vertellen er altijd al in. In interviews, podcasts en columns laat
hij geregeld zien dat zijn blik verder reikt dan het scorebord. Hij
is gefascineerd door menselijke drijfveren, kleine details en het
onuitgesprokene – elementen die perfect passen in een
fictieverhaal.
Het nieuwe project is dan ook
geen afstand nemen van de sportwereld, maar eerder een uitbreiding
van zijn repertoire. Een manier om andere facetten van het leven te
belichten, zonder gebonden te zijn aan realiteit.
De waarde van fictie in een
sportwereld
Het is opvallend dat iemand
uit de sportmedia nu de overstap maakt naar fictie. In een wereld
waarin cijfers, prestaties en uitslagen doorgaans centraal staan,
is de ruimte voor verbeelding vaak beperkt. Toch zien we steeds
vaker dat sportjournalisten, atleten en analisten hun weg vinden
naar andere vormen van expressie – van podcasts tot poëzie, van
documentaires tot romanideeën.
Van Gucht voegt zich bij een
groeiende groep makers die geloven dat verhalen krachtiger worden als ze niet alleen waar
hoeven te zijn, maar ook waarachtig kunnen voelen. Fictie
biedt ruimte voor nuance, empathie en het verkennen van menselijke
complexiteit. En dat is, in een tijd van snelle headlines en harde
meningen, een verademing.
Niet alleen Ruben
verandert
Zijn keuze om fictie te
schrijven weerspiegelt ook een bredere verandering in de manier
waarop mediafiguren hun rol zien. Waar het vroeger draaide om
expertise in één vakgebied, verwachten kijkers vandaag
authenticiteit, veelzijdigheid en diepgang. Ruben Van Gucht past
perfect in dat plaatje. Hij is niet langer alleen sportanker, maar
ook persoonlijkheid,
denker en nu dus ook: verhalenverteller.
Wat het verhaal inhoudelijk
wordt, houdt hij voorlopig nog voor zich. Wel laat hij
doorschemeren dat het over thema’s zal gaan die hem persoonlijk
raken. Geen oppervlakkige verhaallijn, maar een verhaal dat ook bij
hemzelf binnenkomt.
Een verhaal dat blijft
hangen
Of het boek er effectief komt
– en of het scenario ooit op tv verschijnt – is nog onzeker. Maar
wat vaststaat, is dat Van Gucht met dit project een ander geluid laat horen. Zijn
keuze voor fictie voelt als een verademing in een wereld die vaak
draait op feiten en snelheid. Door zichzelf toe te staan traag te
werken, intuïtief te schrijven en de uitkomst open te laten, maakt
hij ruimte voor iets zeldzaams: creativiteit zonder deadline.
In een medialandschap waarin
men vaak wordt afgerekend op kijkcijfers, engagement of likes,
kiest Van Gucht voor verhaal boven prestatie. Voor betekenis boven
aandacht. En dat is misschien wel zijn grootste kracht.
Conclusie
Ruben Van Gucht verrast
vriend en vijand met zijn overstap naar fictie. In alle rust werkt
hij aan een verhaal dat eerst een boek, en misschien later een
tv-serie kan worden. Het proces is intens, maar ook bevrijdend.
Want dit keer hoeft hij geen uitslagen te analyseren of interviews
te monteren. Dit keer vertelt hij het verhaal helemaal zelf – van
de eerste zin tot het laatste beeld.
En wie weet, misschien
verrast hij ons binnenkort niet alleen met scherpe vragen aan
sporthelden, maar ook met een fictief personage dat ons bijblijft.
Zo bouwt Ruben Van Gucht stilaan aan een nieuw hoofdstuk – op zijn
tempo, in zijn stijl, en met zijn verbeelding aan het roer.